BIJENPLEKJES zijn plaatsen waar wilde bijen, hommels, wespen en andere bloemenbestuivende insecten zich thuis voelen in een menselijke omgeving. Ze vinden er nectar en stuifmeel bij bloemen en nestmogelijkheden in gaatjes, spleten en andere kleine openingen. Voor wilde bijen en insecten is het belangrijk dat ze het gehele vliegseizoen door over voedsel beschikken.

Natuurlijke tuinheggen,
bloeiende bomen en struiken.
Bloeiende moestuinen,
verscheidenheid aan voedsel voor mens en dier.
Structuur- en soortenrijke tuinen,
variatie aan lage en hoge kruiden, bloemen en struiken.
Gevarieerde geveltuinen,
oases in een stenen omgeving.
Veelzijdige muurbegroeiing,
voedsel en schuilplekken in hoeken en gaatjes.
Fleurige daktuinen,
afwisseling en verscheidenheid op en rond de woning.
Previous
Next

Geschikte bijenplekjes zijn in onze bebouwde omgeving zeldzaam. In de Vlaamse Ardennen krijgen ze daarom van Milieufront Omer Wattez (MOW) een markering met een plaatje. Zo vestigen we de aandacht op plekken die voorbijgangers kan inspireren om iets gelijkaardig voor de bijen in hun omgeving te doen

Bijenplekjes moeten aan enkele criteria voldoen. Er moet voedsel en/of een nestplek voor bijen en andere insecten te vinden zijn, het is een gifvrije omgeving, de grond mag niet afgedekt zijn en voorbijgangers moeten de plek vanaf de openbare weg, het fietspad of de voetweg kunnen zien.

Plekjes voor wilde bijen en co

De meeste mensen kennen vooral de honingbij. Het is evenwel maar één van de 380 soorten bijen die in België voorkomen. Veel van deze “wilde bijen” leven niet in een kolonie; de vrouwtjes hebben een eigen nestje dat ze maken in gaatjes in de grond, hout of holle stengels. Ze worden “solitaire bijen” genoemd ook al leven ze soms in grote aantallen bij elkaar.

Wilde bijen zijn niet de enige familieleden van de honingbij. Ook wespen en hommels horen erbij. Het zijn allemaal vliesvleugeligen, met vier vleugels en een angel. Toch zijn er belangrijke verschillen.

Honingbijen

Honingbijen zijn bijen die in kolonies leven en nesten van bijenwas bouwen. Ze staan doorgaans onder de hoede van een imker die de bijen houdt voor hun honing en ervoor zorgt dat ze voldoende voedsel in de omgeving vinden. Het is slechts één soort van de honderden inheemse bijensoorten.

Wilde bijen

Wilde bijen zijn aangewezen op nectar en stuifmeel die ze zelf in de omgeving vinden. Ze zijn er in alle maten en gewichten, zoals metselbijen, wespbijen, zandbijen, bladsnijders, wolbijen, koekoeksbijen, sachembijen – om maar enkele soortengroepen te noemen. Ze hebben elk hun eigen leefomgeving die verschilt van soort tot soort. Een afwisseling van biotopen is daarom belangrijk. Een overzicht van de belangrijkste soorten vind je op de bijenpagina van Natuurpunt.

 

Wespen

Wespen vallen op door hun zwart-gele lijfpatroon. Ze leven zowel solitair als sociaal. Doorgaans zijn ze minder geliefd dan bijen maar dat is ten onrechte. Sommige pesten ons wel eens wanneer we een stuk fruit eten of iets zoets drinken maar dat komt omdat ze een breed voedselspectrum van plantaardig tot dierlijk voedsel hebben en vaak niets anders vinden. Door hun jachtgedrag spelen ze een belangrijke rol in het bestrijden van allerhande plagen.

1170-wesp

Hommels

Hommels tellen in ons land ongeveer dertig verschillende soorten. De meeste zijn sociale insecten die in kleine kolonies leven met één enkele koningin. Ze hebben een relatief groot lichaam, dat lang- en dichtbehaard is en daardoor goed tegen koude is bestand.

Vergelijkbare insecten

Deze hebben vaak dezelfde uiterlijke kenmerken en worden daardoor gemakkelijk met bijen of wespen verward zoals zweefvliegen en wolzwevers die allebei tot vliegenfamilies behoren. Wij proberen met de bijenplekjes ook iets positiefs te doen voor andere bloemenbestuivende insectengroepen.

Een geschikt bijenplekje zorgt voor de volgende elementen.

Voedsel voor bijen bestaat hoofdzakelijk uit nectar en stuifmeel. Nectar levert energie aan de volwassen dieren, terwijl stuifmeel dient voor het voeden van de larven. Zeer geschikte voedselbronnen zijn: (wilde) bloemen, kruiden, bloeiende bomen en struiken, klimplanten en overblijvende, bloeiende groenten in de moestuin. Veel bijen zijn voor het stuifmeel dat ze verzamelen in meer of mindere mate gespecialiseerd in bepaalde plantensoorten. Elke bijensoort heeft dan ook een soorteigen, specifieke leefwijze. Soorten die leven van nectar, bloemenstuifmeel en andere zoete afscheidingen zoals honingdauw moeten gedurende hun volledige doch vaak korte levenscyclus voedsel kunnen vinden en dit op het juiste moment. 

Zorg er daarom voor dat het gehele groeiseizoen door bloeiende planten aanwezig zijn. In de late winter zorgen sneeuwklokjes, krokussen en vroegbloeiende struiken als winterjasmijn en wilg voor het eerste voedsel. In het vroege voorjaar komen daarbij de voorjaarsbloeiers en de bloesems van fruitbomen; later volgen andere bloeiende bomen en struiken als linde, kastanje, meidoorn, sleedoorn …, maar natuurlijk ook de kruiden, zowel keukenkruiden als wilde kruiden, en de wilde bloemen en bloemenborders. En vooraleer de natuur tot rust komt is er nog altijd klimop en andere laatbloeiers die voor het laatst voedsel geven aan bijen en insecten. Naast voedsel moet ook water beschikbaar zijn, zodat de bijen kunnen drinken.

Voedsel is één zaak maar tegelijk hebben bijen ook nood aan een geschikte nestplek. Die verschilt van soort tot soort. Het gaat van een zandige plek voor zandbijen, over holle stengels en hout voor behangersbijen tot muurgaten en spleten voor metselbijen. Kleine gaten en smalle spleten spelen een belangrijke rol. Sommige hommels nestelen in lege muizenholen of boomholten, terwijl andere hun nest onder moskussens bouwen. Een bijenhotel voorziet meerdere nestplaatsen. Van de 360 bijensoorten nestelen er zo’n 250 in de grond en 60 in dood hout of holle stengels. Andere soorten gebruiken uiteenlopende nestplekken gaande van lege slakkenhuisjes en galnoten tot steenvoegen en vermolmd hout.

Gif is schadelijk voor bodem, planten, dieren en mensen. Ook een beetje vergif of bio-vergif zijn schadelijk. De natuur functioneert als een kringloop en als één schakel ontbreekt, is dat nefast voor de hele kring. Het is ook belangrijk dat gekweekte bloemen geen neonicotinoïden of andere gewasbeschermendemiddelen bevatten. Bio-zaden en streekeigen bloemen krijgen daarom de voorkeur.

Bij een gezonde bodem is er uitwisseling tussen het leven dat zich ondergronds en bovengronds afspeelt. Kruidwerende netten, doeken en verhardingen verhinderen of bemoeilijken een wisselwerking. Banale bloemen zoals madeliefjes, paardenbloemen, hondsdraf en andere veel voorkomende bloemen worden onterecht als “onkruid” beschouwd, terwijl ze uitermate belangrijk zijn voor kleine diertjes. Sommige bijensoorten graven hun nestje in een open, zandige grond.

De bestaande bijenplekjes moeten navolging krijgen en mensen inspireren. Daarom is het belangrijk dat ze goed zichtbaar zijn vanaf de openbare weg zodat men het plekje niet hoeft te betreden of verstoort. Een ideaal bijenplekje achter een gevel is prima, maar kan dus geen markering als bijenplekje krijgen.

Wildebijen-informatie

Wil je meer weten over bijen en hun favoriete plekjes? Snuister dan tussen de volgende linken.

Bijenplekjes (be)zoeken

Laat je inspireren om van jouw tuin een bijenplekje te maken en bezoek één of meerdere bijenplekjes in jouw buurt of combineer een bezoekje met een uitstap. Door middel van onderstaande kaart kan je nagaan waar zich bijenplekjes bevinden en je eigen route plannen. 

VANAF NU KOMEN ALLE BIJENPLEKJES IN HET WERKINGSGEBIED VAN MILIEUFRONT OMER WATTEZ  IN AANMERKING.

Neem contact met ons op via: info@milieufrontomerwattez.be
en stuur meteen een paar foto’s door van jouw bijenplekje. Na goedkeuring kan je een paal en plaatje komen op halen op het secretariaat van Milieufront Omer Wattez in Oudenaarde. Opgelet: de houten palen zijn 165 cm hoog.

Alle bijenplekjes zijn ter plaatse aangeduid met een houten paal waarop een plaatje met het logo van de Bijenplekjes. Op deze website wordt elk bijenplekje kort beschreven wanneer het op de kaart wordt aangeklikt.

Opgelet!
Deze site leidt je naar de mooiste bijenplekjes. Die zijn allemaal zichtbaar vanaf de openbare weg. Respecteer bij je bezoek de private eigendom: betreed a.u.b. geen erven, pluk of vertrappel geen planten en behoud de rust.

1170-paaltjeIMG-4265

Bijenplekje aanmelden

Woon je in één van de gemeenten van het werkingsgebied van Miliefront Omer Wattez of weet je er een geschikt bijenplekje liggen dat zichtbaar is vanaf de openbare weg? Dan kan je hier jouw tuin of een ander bijenplekje aanmelden. 

Ons werkingsgebied telt 20 gemeenten:
Anzegem, Avelgem, Brakel, Deinze (met Nevele), De Pinte, Gavere, Geraardsbergen, Horebeke, Kluisbergen, Kruisem, Lierde, Maarkedal, Nazareth, Oudenaarde, Ronse, Waregem, Wortegem-Petegem, Zottegem, Zulte en Zwalm.

Geef de locatie door middels het formulier of stuur een e-mail. Vermeld wel alle noodzakelijke gegevens. In Brakel, Maarkedal, De Pinte en Nazareth brengen we dan op een geschikt moment een plaatsbezoekje om na te gaan of het in aanmerking komt voor vermelding op de website en het plaatsen van een bordje *. Voor de andere gemeenten stuur je best een e-mail naar info@milieufrontomerwattez.be met je gegevens, een paar foto’s van jouw bijenplekje en een korte beschrijving.

Vul het contactformulier in (verplichte vermelding van alle gegevens).

Of stuur een e-mail naar: info@milieufrontomerwattez.be

 

* Het bordje blijft ten allen tijde eigendom van MOW en kan worden verwijderd wanneer de plek niet langer aan de vereiste criteria voldoet.

Bijenplekje.be is een initiatief van Milieufront Omer Wattez (MOW) en Natuurpunt Vlaamse Ardennen met de financiële steun van de MINA-raad van de gemeente Maarkedal, de Milieuraad van Brakel en de gemeente Brakel.